Plouf op pad

Op pad gaan vindt Plouf wel leuk. Sowieso omdat ze dan mee mag en niet thuis hoeft te blijven. Daarnaast vindt ze het ontdekken van nieuwe plekjes en andere geurtjes heel interessant. De eerste (voor haar dan) grote reis was naar Utrecht. Ze was nog een kleine pup en een deel van de wandeling moest ze gedragen worden om haar niet te veel te belasten. “Wie laat nou wie uit?” was de opmerking die ik steevast kreeg te horen onderweg. Al heel jong ontdekte Plouf op die manier de Oudegracht en de Domtoren. 

Eerste stapjes in Utrecht

Plouf houdt nog steeds niet zo van autorijden. Ze springt iedere keer met veel enthousiasme op de achterbank maar zodra de auto in beweging komt, vindt ze het maar niks. Ze heeft stress in de auto. Zodra we stil staan is het overigens meteen over. Bij lage snelheden waarbij haar kop uit het raam kan, gaat het steeds beter. En we hebben echt van alles geprobeerd. Voorin, achterin, in een mand, met een knuffel, op schoot… Auto’s zijn gewoon niet haar ding. Dus reizen we binnen Nederland wel eens met de trein. Dat vindt ze eigenlijk ook niet helemaal leuk maar uiteindelijk gaat ze toch liggen en zelfs slapen tijdens de rit. Ze heeft wel een voorkeur voor het fietsencompartiment boven een coupé. Het is er ruimer dus fijner voor haar.

In de trein

Nieuwe plekjes ontdekken samen met je hond is gezellig. Soms is het ook wat lastig. In Amsterdam viel het aantal grasveldjes om te kunnen plassen namelijk wel erg tegen. Vanaf het Centraal Station tot aan het Museumplein zag je Plouf steeds uit haar ooghoeken zoeken naar een geschikte plek. Die kwam maar niet. Op de kaart van Amsterdam zie je binnen de grachtengordel dan ook geen enkele hondenuitlaatplaats. Aan de andere kant van het Rijksmuseum was gelukkig heel veel gras maar toen we daar aankwamen na een wandeling over het Damrak, door de Kalverstraat en langs allerlei grachten, waren we wel een uur verder.  

Museumplein Amsterdam

Steden zijn misschien wat minder geschikt voor een plattelandshond als Plouf. Ze kijkt weliswaar haar ogen uit naar al die mensen, maar voluit ravotten in een stuk natuur zonder aangelijnd te zijn, heeft toch wel haar voorkeur. Het liefst duikt ze dan ook nog eens overal waar het maar kan het water in. Soms mag ze dat niet en dan blijft ze demonstratief staren naar die aanlokkelijke plas in de hoop dat het er misschien toch nog van komt. Die dikke vacht droogt niet zo snel en soms komt het even niet uit dat ze drijfnat is. In een trein bijvoorbeeld. In dit rare kunstwerk bij Slijk-Ewijk keek ze dan ook begerig en zielig naar al dat lekkere water.

Slijk-Ewijk

Af en toe moet ze zich nóg beter gedragen, zoals onlangs bij een werkbezoek aan de PreZero energiecentrale in Roosendaal. Ze is overigens niet binnen geweest want een hond heeft daar helemaal niets te zoeken. Het is er lawaaierig en ze zou veiligheidskleding aan moeten trekken. Zelfs voor een inmiddels geroutineerde hulphond gaat dat net iets te ver. Daarnaast was het grasveld veel leuker en stond haar tijdelijke drinkbak veilig in het kantoorgebouw.

PreZero Energy Roosendaal

Strand is echt wat ze het mooiste vindt. Dat ligt aan de combinatie met water. Menig hond geniet al van de duinen maar voor haar betekent wandelen in de duinen dat ze niet in zee ligt. De duinen slaat ze om die reden liever over. Ze gaat meestal naar Noordwijk aan Zee om lekker langs de vloedlijn te rennen en de golven in te duiken, maar ook op Terschelling kon ze haar hart ophalen. Dat laatste is een prachtig eiland voor mensen en voor honden. Tijdens het weekend draaide het voor haar de hele dag enkel en alleen om zee en zand. De duinen nam ze op de koop toe, maar van daaruit bleef ze wel steeds de zee in de gaten houden.

Gluren naar de zee op Terschelling

Ook het midden van het land en, preciezer nog, het middelpunt van Nederland mocht Plouf een keer ontdekken. In Lunteren markeert sinds 1965 een zwerfsteen die speciale, centrale plek en er komen veel mensen af op de nationale bezienswaardigheid. Het omliggend gebied is ideaal voor mooie boswandelingen. De beruchte muur van Mussert staat ook in de buurt maar daar zijn Plouf en ik niet heen geweest. De meningen zijn verdeeld over hoe lang de schandmuur er nog moet blijven staan.  

Het middelpunt van ons land

Plouf reist heel wat af door het land. Kort geleden reed ze mee naar het Nationale Park de Hoge Veluwe. Dit is een prachtig natuurgebied van maar liefst 5.400 hectare met zowel bos, hei als stuifzand, waar grote diersoorten voorkomen als edelherten, moeflons, reeën en wilde zwijnen. Het is prachtig dat zoiets bestaat binnen onze landsgrenzen. Het is een heerlijke plek om te ontdekken. Het meest verrassende was misschien wel het jachthuis Sint Hubertus, door Berlage ontworpen als buitenhuis voor de familie Kröller-Müller. Bij een jachthuis verwacht je een wat uitgebouwde hut. Dit is meer een kasteeltje.

Voor het jachthuis

Plouf is niet binnen geweest in het jachtslot. Buiten is het immers veel leuker voor haar. In het Brabantse Oudenbosch mocht ze wel even de grote 19e eeuwse basiliek in om te poseren. Stilzitten en alle aandacht krijgen terwijl ze gefotografeerd wordt, vindt ze gewoon leuk. Vaak gaat ze al mooi zitten op het moment dat iemand een telefoon tevoorschijn haalt. De meneer die op de basiliek paste was uitermate lief voor haar. Gewoonlijk mogen honden alleen mee naar binnen indien ze gedragen worden. Plouf weegt 31 kilo dus dat is wat aan de zware kant. Ze mocht toch even naar binnen voor haar fotoshoot en de brave man had er een zwabber bij gehaald voor het geval ze de vloer zou bevuilen.   

Oudenbosch

Of het ereveld in Loenen een uitstapje is of een gedenkplaats, hangt af van wat je er komt doen. Plouf is al er al een paar keer geweest en gedraagt zich iedere keer voorbeeldig wanneer we langs de graven van gevallenen lopen. Het is er stil en vredig en buiten de begraafplaats om kun je ook een stuk door het bos lopen. Het meest interessante aldaar vond zij toch wel de grote spiegel met de tekst ‘Zo zien mensen eruit die in vrede leven’.  

In vrede leven

Uitstapjes en dagtochtjes zijn er best wel veel in Nederland en er zijn er aardig wat bij die ook leuk zijn voor de viervoeters. En nee, ze mogen inderdaad niet overal naar binnen, wat lastig is als je tijdens een dagje wandelen ergens wat wilt eten of drinken. Er zijn echter steeds meer restaurants die honden welkom heten waardoor een dagje weg met de hond gewoon mogelijk is. In de trein zijn ze in ieder geval welkom. Je moet er zelfs een speciaal hondenkaartje voor kopen.

Pluizige paardenbloemen

Met de boot naar Terschelling

Voor Plouf was de veerboot van Harlingen naar Terschelling een mooi moment om te zien of ze zeepoten had of dat ze voortaan maar beter aan wal kan blijven. En ja, het was in het begin even wennen aan zo’n gevaarte dat begint te trillen en wat heen en weer deint, maar al gauw vond ze het ruime sop helemaal prima. Plouf werd een zee-hond en poseerde later maar wat trots met de pet van een heuse Franse matroos.

Verkleed als matroos
Verkleed als matroos
Eerste stappen op veerboot
Eerste stappen op veerboot

Tijdens de twee uur durende oversteek heeft ze eerst veel gespeeld, vervolgens geleerd om steile scheepstrappen op en af te gaan, met een beetje hulp weliswaar, en daarna vooral geslapen in het restaurant. Er varen volop boten op en neer over dit stuk Waddenzee en de duur van oversteek varieert van drie kwartier tot twee uur. En … honden mogen gratis mee. In de terminal van de rederij staan zelfs drinkbakken voor ze.

Water voor zee-honden
Water voor zee-honden

Aan het eind van de oversteek komt de Brandaris in zicht. Dat is de ruim 400 jaar oude vuurtoren van Terschelling. De toren staat in het grootste dorp van het eiland, West-Terschelling. En wanneer de veerboot heeft aangelegd en iedereen van boord is, begint het ware hondenleven! Het eiland is een paradijs voor honden. De Noordzeekust van het eiland is maar liefst 30 kilometer lang.

Op het Noordzeestrand
Op het Noordzeestrand

Het is één en al strand en honden mogen er het hele jaar door los lopen, zo vrij als de vogels die er in grote getalen aanwezig zijn. Alleen in het duingebied moeten de viervoeters aangelijnd worden. Een paar strandpaviljoens zijn ideale plekken om tussendoor even samen uit te rusten van het wandelen, springen, spelen en zwemmen, onder het genot van een hapje en een drankje.

Voor de Brandaris
Voor de Brandaris

Ook het wad is een prachtige plek voor onze trouwe huisdieren. Aan de westkant van het eiland bevindt zich het uitgestrekte gebied Noordsvaarder, waarvan een deel droog blijft en een ander deel onderloopt hij hoog water. Bij eb kun je heerlijk wandelen door waterpoeltjes en slik terwijl de viervoetige vriendjes zich helemaal uitleven en lekker vies worden in ondiep water. Het ligt vlak naast West-Terschelling dus het is een vlakte bij uitstek om in de vroegte nog voor het ontbijt de hond uit te laten als je daar in de buurt verblijft.

Honden zijn welkom op het hele eiland. In Oepkes hotel, dicht bij de haven, wordt extra rekening gehouden met onze huisdieren. Een kaartje op de kamer geeft uitleg over de voorzieningen voor honden. Maar ook restaurants zoals de pittoreske en heerlijke Gasterij d’Drie Grapen vinden het prima als de hond aansluit bij het diner, zolang hij manieren heeft.

Oepkes hotel
Oepkes hotel

Terschelling kent veel meer dan strand en duinen. Ook bos en hei zijn vertegenwoordigd op het eiland en ook daar mogen de honden los lopen. Op sommige plaatsen is het wel wat oppassen geblazen voor de fietspaden en de fietsers, want naast een hondeneiland is Terschelling ook een echt fietseiland.

Bekken trekken in het water
Bekken trekken in het water

Een dagje Terschelling is slopend voor een hond. Hij doet er zoveel indrukken op, hij heeft zoveel vrijheid en hij ploetert zo ontzettend veel in en door het water. Die prachtige zee met zijn geluid en zijn branding vreet dermate veel energie dat hij ’s avonds helemaal uitgeput is en alleen nog maar wil slapen. Dat was althans bij Plouf het geval. En waarschijnlijk droomde Plouf in haar lange slaap dan alweer van nóg een dagje Terschelling. Want daar krijg je echt geen genoeg van!