Plouf op wintersport

Ik heb altijd gedacht dat water de enige grote passie was van Plouf. Ik heb me vergist. Zwemmen staat weliswaar op nummer 1 voor haar, maar sneeuw vindt ze evengoed geweldig. Ze kan er geen genoeg van krijgen. In Nederland kreeg ze tot op heden maar twee keer de kans om hieraan te proeven, dus boekten we een vliegticket naar de Oostenrijkse stad Innsbruck om een stedentrip te combineren met veel sneeuw.

Relaxed in de sneeuw

Relaxed in de sneeuw

In de Boeing 737 van Transavia was het meteen al raak. Plouf had een klik met de captain en eigenlijk de hele bemanning, en na de landing mocht ze even poseren in de cockpit. Hulphond zijn heeft als nadeel dat je altijd alert moet zijn, maar tevens als voordeel dat je meer meemaakt dan de gemiddelde hond.

Op de foto met de piloten

Op de foto met de piloten

Eenmaal op de luchthaven was er geen taxichauffeur die Plouf in zijn auto wilde hebben. Het waren niet bepaald vriendelijke of behulpzame mensen, dus uiteindelijk hebben we de bus maar genomen naar de stad. Dat was achteraf niet eens zo erg en een stuk goedkoper. Er ontstond wel enige discussie over de muilkorfplicht in het openbaar vervoer. Die geldt namelijk niet voor hulphonden. Het was snel opgelost gelukkig.

Kamer 902

Kamer 902

In het hotel werd Plouf ontvangen en behandeld als een prinsesje. Of het nu in de prachtige, hippe bar was of in het restaurant met uitzicht over de stad en de bergen, overal kreeg zij haar drinkbak eerder dan wij onze bestelling mochten ontvangen. 

Poseren voor het Gouden Dak

Poseren voor het Gouden Dak

Plouf vond de stad wel okay. Ze houdt van wandelen dus ze waardeerde het slenteren door de binnenstad. Het was lekker weer en de sneeuw die een paar weken eerder was gevallen, was inmiddels gesmolten. Ze poseerde voor het Gouden Dak, de wereldberoemde loggia die in de 15e eeuw werd gebouwd voor het huwelijk van keizer Maximiliaan de eerste.

Het indrukwekkende praalgraf van de keizer

Het indrukwekkende praalgraf van de keizer

Plouf bezocht verschillende musea, en zelfs de Hofkirche met het praalgraf van keizer Maximiliaan. Langs de tombe staan levensgrote zwarte standbeelden van de toenmalige groten uit de geschiedenis, waaronder koning Arthur. De keizerlijke tuinen kon ze echt waarderen omdat daar wel wat groen was in tegenstelling tot vele andere plekken in Innsbruck. Plouf heeft over het algemeen vooral aandacht voor de natuur, omdat ze daar gewoon haar behoeften kan doen. Beton en asfalt waardeert ze beduidend minder.

In de keizerlijke tuinen

In de keizerlijke tuinen

Poseren deed Plouf veel. Je hoeft de Nikon of de iPhone maar tevoorschijn te halen en ze gaat meteen mooi zitten. Ze heeft sterallures zoals dat heet. Echt honderden mensen hebben haar deze dagen op de foto gezet. Sommige mensen vonden haar gewoon lief en leuk, andere dachten dat ze een lawinehond was. Aan aandacht had ze geen gebrek in ieder geval. Onlangs heeft ze haar eigen Instagramaccount gelanceerd, dus ze had er meteen wat volgers bij.

Sterallures op de Hafelekar

Sterallures op de Hafelekar

Bij Plouf draaide het uiteindelijk om de sneeuw. Om die reden was ze immers naar Oostenrijk gevlogen. Gelukkig voor haar gaat er vanuit de stad een kabelspoorbaan naar Hungerburg, waar nog net geen sneeuw lag. Vanaf daar leidt de Nordkettegondel door het wolkendek heen naar het station Seegrube op 1905 meter. En je kunt met de volgende gondel nog verder naar Hafelekar op 2269 meter. Op beide plaatsen lag genoeg sneeuw en scheen de zon volop, met een strakblauwe lucht op de achtergrond. Dat zijn de plekken waar Plouf haar middagen heeft doorgebracht. Ze ervoer cultuur in de ochtend en bergsneeuw in de middag.

Sneeuwballen vangen

Sneeuwballen vangen

Er waren skiërs, snowboarders en paragliders zelfs. Plouf interesseerde het allemaal niet. Sneeuwballen, daar draaide het om. Ze poseerde weliswaar geduldig in de zon omdat ik het graag wilde, ze liet zich ook gewillig fotograferen door al die andere toeristen, maar eenmaal los van de riem werd ze helemaal dol van die sneeuwballen. Ze vloog de lucht in, rende achter elke bal aan, dook in de sneeuw, zakte weg in de Tiefschnee, hapte naar iedere bal, en raakte uitgeput in een spel waarvan ze hoopte dat het nooit zou eindigen. Ze was echt op en top gelukkig.

Wegzakken in de sneeuw

Wegzakken in de sneeuw

Ze at sneeuw op, daagde me uit, stond onverschrokken en zonder enige vorm van hoogtevrees langs diepe afgronden, rende rondjes en gaf duidelijk aan dat ze hier nooit meer weg wilde. Ze was volledig in haar element.

Even uitrusten op 2300 meter

Even uitrusten op 2300 meter

In de gondel terug naar de stad bleef Plouf maar naar buiten kijken, naar die sneeuw die beetje bij beetje uit het zicht verdween. Haar ogen rolden dan naar mij toe, alsof ze smeekte om terug te mogen gaan naar die grote witte speeltuin. Een kreun, een zucht, en uiteindelijk stapte ze uit in de stad, ook wel weer blij om een stukje groen te zien, met toch iets van weemoed nog steeds.

Op de terugweg in de gondel

Op de terugweg in de gondel

Na actieve, culturele en sportieve dagen had Plouf best wel trek, dus at ze volop. In het hotel mocht ze op bed slapen. Eenmaal op het zachte matras was zij de eerste die de ogen dicht deed. Een rustige ademhaling ging dan over in een lief en zacht gesnurk. Het was eerder aandoenlijk dan storend. Ze had het naar de zin gehad en had haar rust nodig. In de ochtend stond ze als eerste weer klaar met een knuffel in haar bek, helemaal gereed om nog een keer naar de sneeuw te gaan.

Op bezoek in het Tiroler Volkskunstmuseum

Op bezoek in het Tiroler Volkskunstmuseum

Eerlijk gezegd … zo’n hond kun je toch niets weigeren? Ik wil Plouf zelfs beloven dat ze nog een keer op wintersport mag.

Bij Seegrube

Bij Seegrube

Bonjour, Plouf!

Wanneer Plouf in de ochtend de trappen van het hotel afloopt naar het ontbijtrestaurant, klinkt van alle kanten, vanuit zowel medewerkers als gasten, een welgemeend “Bonjour, Plouf!”. Plouf kwispelt dan iedere keer met haar staart ten teken van dank en herkenning om vervolgens netjes bij de ingang van het restaurant te gaan zitten en op haar beurt te wachten. Binnen een dag na aankomst is ze al de chouchou, het lievelingetje van het leuke Grand Hôtel Moriaz aan het strand. Ze wordt zelfs mascotte genoemd.

Plouf voor het Grand Hôtel Moriaz
Plouf voor het Grand Hôtel Moriaz

Tja, dat strand. Dat begint al meteen bij het restaurant van het hotel in Cavalière aan de Franse Côte d’Azur. Het is een smalle strook zand die Plouf scheidt van haar grote favoriet: de zee. Water, water en nog eens water. Af en toe wat golfjes en vooral heel veel pret. Zwemmen is echt haar lievelingsactiviteit en de hele dag kijkt ze reikhalzend uit naar die grote blauwe zee. Er is wel een hindernis: dat hete zand dat haar voetjes brandt. Een paar keer per dag mag ze de sprint wagen en duikt ze samen met mij het water in om ruim een uur te zwemmen, met af en toe een tussenpoos in ondiep water om op adem te komen.

Water!
Water!

Vervolgens loopt ze even onder de douche om het zout af te spoelen en daarna gaat ze slapen in de schaduw: het traditionele Mediterraanse dutje. Af en toe doet ze zuchtend een oogje open als ze wat kreten hoort van de overenthousiaste pétanque-spelers voor het hotel. Ze houdt de boel duidelijk wel nog in de gaten.

Zuchten tijdens de pétanque
Zuchten tijdens de pétanque

Op de meeste stranden aan de Rivièra zijn honden in de zomer absoluut niet welkom, ook niet aangelijnd. Het hotel waar wij zijn neergestreken is echter hondvriendelijk. Het stukje strand dat ervoor ligt hoort bij het hotel en honden mogen daar komen, mits ze aangelijnd zijn. Ze mogen echter niet de zee in omdat die niet privé is. Rond etenstijd in de avond is daar overigens geen controle meer op en zie je veel viervoeters al pootjebadend verkoeling zoeken. Voor Plouf ligt het anders. Het nadeel van assistentiehond zijn is dat ze veel moet leren, altijd in het gareel moet lopen en continu alert moet zijn. Het voordeel is dat ze altijd en overal mee naartoe mag (en in mijn geval: moet). Zelfs in het vliegtuig.

Plouf in haar element voor Moriaz
Plouf in haar element voor Moriaz

Dus wanneer ik ga zwemmen, mag ze mee. Op de eerste dag kwamen politie en strandwachters wat vragen stellen over haar maar sindsdien wordt er steeds een vrolijke “Bonjour, Plouf!” toegeroepen door deze mannen wanneer ze hun ronde over het strand doen.

Een beetje onwennig in het vliegtuig
Een beetje onwennig in het vliegtuig

De baai van Cavalière loopt van de Cap Nègre tot aan de Pointe du Layet, waar voor de liefhebbers een naturistenstrandje is. Plouf is daar één keer geweest en kreeg wel vrij snel gekscherend de vraag waarom zij haar hesje niet uitdeed.

Uitzicht op Cap Nègre
Uitzicht op Cap Nègre

Overal in de baai bestaat het strand uit fijn zand en Plouf steelt regelmatig de show tijdens trainingen in het water. Ze is echt gehoorzaam. Wanneer ik de hand naar voren uitsteek, zwemt ze uit, de open zee tegemoet, maar nooit meer dan een paar meter van mij vandaan. Wanneer ik met de vingers knip komt ze onmiddellijk terug naar mij. Met de vingers een draaibeweging maken betekent vervolgens voor haar dat ze omdraait en weer uitzwemt. Andere badgasten negeert ze volledig.

Af en toe niet het water in
Af en toe niet het water in

Een hondenleven bestaat in Zuid-Frankrijk voornamelijk uit zwemmen en slapen. In Cavalière kun je mooi wandelen in de heuvels maar iedere extra meter die haar van de zee scheidt vindt Plouf maar niets. Ze gaat wel netjes mee, zoekt schaduwplekken uit om te lopen maar kijkt toch vaak heel zielig om naar dat aanlokkelijke blauwe water. Er loopt een fiets/wandelpad langs de doorgaande weg waar je ook een rustige wandeling kunt maken, alhoewel sommige nietsontziende fietsers in de praktijk gevaarlijker zijn dan auto’s. Het is de gelegenheid om die prachtige huizen te aanschouwen die aan het strand staan. Een deel ervan is vergane glorie maar veel van deze paleisjes zijn meer dan benijdenswaardig. Er zijn in ieder geval voldoende wandelroutes langs zee of door de natuur dus verveling is er in Cavalière niet bij.

Wandelroute richting de heuvels
Wandelroute richting de heuvels

De zee biedt op haar beurt een mooie vaarroute met prachtige duikgebieden. Met name het onderwaterreservaat van het eiland Port-Cros, één van de eilanden van goud die tegenover Cavalière liggen, biedt een prachtig onderwaterleven dat je al snorkelend of duikend kunt ontdekken.

Een duikbuddy tijdens een duik bij la Gabinière
Een buddy tijdens een duik bij la Gabinière

Plouf mocht mee op de boot met duikers van Sun-Plongée en was best wat ongerust terwijl ik een uur onder water bleef, maar des te vrolijker toen ik weer aan boord kwam na magische ontmoetingen met grote tandbaarzen en scholen barracuda’s. Vooral de rotspunt La Gabinière, net achter het eiland, staat bekend als één van de 80 mooiste duikplekken ter wereld.

Na het duiken op de Jean Yann
Na het duiken op de Jean Yann

Saai is het hier niet. Er zijn allerlei uitgaansgelegenheden in de buurt, in de avonden worden er langs het strand veel activiteiten voor kinderen georganiseerd, op maandagochtend is er een grote Provençaalse markt, op dinsdagmiddag -en avond een leuke souvenirmarkt en er zijn tal van bezigheden op het water. Het familiehotel ligt erg rustig, meteen aan zee, ‘les pieds dans l’eau’, en kent een fantastische keuken. Ook voor Plouf wordt er af en toe wat bereid, zoals rijst op die ene dag dat ze wat last had van haar maagje. En iedere keer dat ze verschijnt, wordt er door de attente medewerkers meteen een bak met water klaargezet.

Een uitzicht dat niet verveelt
Een uitzicht dat niet verveelt

Het hotel staat tegenover het kleine gemeentehuis dat een dependance is van het iets verderop gelegen Le Lavandou. Heel vroeger was dat gebouwtje het treinstation van het dorp. Tussen het einde van de 19e eeuw en 1948 liep er een spoorlijn van Toulon naar Saint-Raphaël en mensen konden pal tegenover het magnifiek gelegen hotel uitstappen. Dat werd aan het eind van de 19e eeuw gebouwd en honderd jaar geleden overgenomen door de familie Moriaz.

Het voormalige treinstation
Het voormalige treinstation

Om bij Frankrijk en Franse tradities te blijven, Mireille Mathieu zong het al: “On ne vit pas sans se dire adieu” (je leeft niet zonder vaarwel te zeggen). Ook Claude François zong het: “Adieu, tout finit un jour” (vaarwel, alles eindigt op een dag). Dus er komt een moment dat het “Bonjour, Plouf!” verandert in “Au revoir, Plouf!”. Dan moet deze lieve golden weer naar het vliegveld van Hyères om een vlucht te nemen naar Nederland. Dat wordt even niet zwemmen die dag teneinde droog en schoon het vliegtuig in te kunnen. Of het zielig is? Ach, de volgende dag ligt ze alweer in een recreatieplas waar ze het denk ik net zo leuk vindt als hier ook al gaat ze daar niet zo lang en vaak het water in als in Cavalière. Vakantie is toch net anders. Volgend jaar mag ze weer.