Als Plouf het voor het kiezen had, dan lag er iedere dag sneeuw. Als het aan haar ligt, verhuizen we morgen nog naar IJsland. Zodra de temperatuur boven de 18 graden komt, begint ze al te klagen en te puffen. Een golden retriever heeft een dikke vacht en het ras komt oorspronkelijk uit Schotland, waar het klimaat weliswaar relatief mild is, maar waar de temperaturen toch meestal wat lager liggen. Dat verklaart een hoop.
Zomervakantie
Als het warm is buiten en de zon schijnt, dan zie je Plouf eerst voorzichtig kijken waar er een schaduwrijk plekje is, alvorens een sprintje te trekken en snel daar naartoe te vluchten. En toch moet Plouf mee op zomervakantie, en dat is in mijn geval altijd naar de zon. De uitdaging is dan om ervoor te zorgen dat ook zij het leuk heeft.
Achter her raampje
Traditiegetrouw was ook deze zomer de bestemming de Côte d’Azur. De vlucht van Rotterdam naar Hyères vond Plouf wel leuk. Tijdens het instappen keek ze vanachter het raampje op de eerste rij nieuwsgierig naar de passagiers die aan het boarden waren, en voordat we vertrokken gluurde ze in de cockpit.
In de cockpit kijken
Eenmaal geland mocht ze aan boord van een flinke zodiac met motoren van meer dan 500 pk de oversteek maken naar de eilanden voor de kust. Naar de zee kijken met de kop in de wind vindt ze schitterend. Plouf was helemaal vakantiehond.
Lekker thuis
De eilanden Ile-du-Levant en Port-Cros vond ze wel heel erg warm. Het grote terras voor het huis bood behalve een prachtig uitzicht op de Middellandse Zee en de beroemde duikstek La Gabinière, gelukkig ook wat verkoeling. Soms was er wat schaduw, zelfs waaide er af en toe een beetje wind. Daarnaast hebben eilanden als eigenschap dat ze omgeven worden door water, dus wat dat betreft zat het voor Plouf helemaal goed. Voor haar betekende het wat uitgebreidere wandelingen vroeg in de ochtend en aan het begin van de avond. Overdag was de bestemming altijd de zee. Dat wist ze dondersgoed, dus daar had ze die paar honderd meter afzien in de zon wel voor over. Een paar minuten lopen in ruil voor een uur zwemmen is best een goede deal, helemaal als je een waterhond bent. Tussendoor betrapte ik haar regelmatig in huis terwijl ze op de rug met de poten gespreid voor de airco lag te slapen.
Voor de airco
Een bezoek aan het Fort de l’Estissac op Port-Cros vond Plouf beslist vermoeiend. Klauteren over rotspaden in die warmte en dan nog bovenop in de volle zon ‘genieten’ van het uitzicht viel wel tegen. Je zag het aan haar tong die steeds langer leek te worden.
Voor het fortBij de ingang
In het fort zelf is standaard een tentoonstelling over de eilanden en daar mocht ze lekker bijkomen, op de koele vloer, voor de ventilator en in de tocht van een open raam. Met kleine etappes kom je er wel, zeker als ze worden afgesloten met een zwempartij. Waar je echt rekening mee moet houden, is de temperatuur van de ondergrond. Mensen dragen schoenen of slippers en voelen niet hoe heet de bodem is. Een hond heeft meteen last van die brandende grond. Veel schaduw opzoeken dus. En ook altijd een drinkbak bij je hebben die je steeds bij kunt vullen.
Uitzicht over Bagaud en Porquerolles
Van het kleurenfeest op Ile-du-Levant begreep ze helemaal niets maar ze vond de drukte wel interessant. Dat feest was een soort Holi-festival waarbij met dans en muziek veel met gekleurde poeder werd gestrooid. Aan het einde van de wandeling vanaf de top van het eiland naar de haven, waren alle deelnemers bedekt met groene, rode, roze, gele en blauwe poeder (maïzena met een natuurlijke kleurstof). Plouf was meegelopen en was lang niet wit meer toen ze bij de zee kwam. Het leverde wat mooie foto’s op voordat ze vrolijk en blij alles van zich af mocht spoelen. Het heeft nog wel wat dagen geduurd voordat ze echt weer wit was.
Helemaal Holi
Na een paar weken op de eilanden van goud zoals ze worden genoemd, mocht Plouf de oversteek maken naar de kust om nog een weekje in Cavalière te verblijven, in een hotel aan het strand.
Op het achterdek van het schip
De zee bewoog nogal tijdens de vaart dus toen ze bij de kapitein mocht zitten, moest ze zich behoorlijk schrap zetten. Achter op het dek keek ze wat blijer uit haar ogen.
Bij de kapitein
Bij aankomst in Le Lavandou stond de taxi al gereed en niet veel later herkende ze de voordeur van het Grand Hôtel Moriaz en rende ze spontaan naar de receptie. “Bonjour Plouf” klonk het van verschillende kanten. De stamgast werd vriendelijk verwelkomd door de staf van dit gastvrije hotel.
Blije Plouf
De stelregel hier was: baasje zwemmen, Plouf ook zwemmen. En daar maakte ze dankbaar gebruik van.
Zwemmen
Veel anders dan zwemmen en slapen heeft ze die week ook niet gedaan. Ze was immers zomerhond, vakantiehond, hulphond én zwemhond. Het luieren heeft ze ook niet nagelaten. Vakantie voor allebei!
Steeds vaker kiezen Nederlanders ervoor om hun hond mee te nemen op reis. Dat heeft te maken met het feit dat er de laatste jaren steeds meer mensen in Nederland zijn die over een hond beschikken en er minder pensions beschikbaar zijn.
Tijdens de lockdowns in de pandemie steeg het aantal honden in ons land namelijk van 1,5 miljoen naar 1,9 miljoen. Deze enorme groei zorgde tegelijkertijd voor een gebrek aan hondenpensions – vooral toen men weer vanaf de werkplek moest werken in plaats van thuis. Wil je dus niet op een wachtlijst komen te staan met je trouwe viervoeter? Of neem je je hond sowieso liever mee op vakantie? In dit artikel geven we je enkele handige tips om met je hond Europa te ontdekken.
Wees op de hoogte van de invoereisen binnen Europa
Je hond meenemen op vakantie is ontzettend leuk. Je moet wel weten dat er een aantal regels is waar je op moet letten wanneer je je hond meeneemt naar het buitenland. Binnen Europa gelden er bijvoorbeeld bepaalde invoereisen die per land kunnen verschillen. Wat je in ieder geval moet hebben voor je hond is een EU dierenpaspoort waarin het chipnummer van de hond vermeld staat. Waarschijnlijk beschik je al over zo’n paspoort wanneer je een hond hebt.
In vrijwel alle landen geldt er een chipplicht. Dat betekent dat je hond over een chip moet beschikken die men in het geval van nood af kan lezen. Daarin staan de gegevens van de eigenaar, van jou dus, vermeld. Die komen overeen met de gegevens in het paspoort. Wat verder handig is om te weten, is dat je je niet alleen aan de invoereisen van je bestemming moet houden, maar ook aan de invoereisen van de landen die je eventueel doorkruist.
Check of je hondenras wel welkom is in land van bestemming
Waar veel hondeneigenaren niet aan denken, is dat het ook verstandig is om te checken of jouw hondenras welkom is in het land waar je naartoe gaat. Het is jammer, maar waar: er zijn landen die bepaalde hondenrassen weren. Meestal zijn dit honden zoals pitbull terriers, mastiffs, American bulldogs en de Japanse tosa. Het is daarom verstandig om de regels goed te checken voor vertrek.
Ben je bijvoorbeeld van plan om naar Frankrijk te gaan? Frankrijk hanteert extra strenge regels omtrent bepaalde hondenrassen, ook wanneer je op doorreis bent. Pitbull terriers (American Staffordshire Terrier) of een kruising daarvan, Boerboels (Mastiff) of een kruising daarvan en Tosa’s of een kruising daarvan zonder stamboom worden niet toegelaten. Heeft je hond wel een stamboom dan moet die stamboom internationaal erkend zijn. Kortom: belangrijk om op te letten!
Muilkorfplicht in diverse landen in Europa
Eigenlijk zijn we in Nederland nogal verwend wanneer het draait om onze viervoeter. Op veel plekken mag je hond mee naar binnen, zoals het openbaar vervoer en sommige horecagelegenheden. Houd er tijdens je vakantie in Europa rekening mee dat dit niet altijd het geval is. In een aantal Europese landen moet je hond op bepaalde plekken een muilkorf dragen. Ga je bijvoorbeeld naar Oostenrijk en ben je van plan om in de bergen te gaan wandelen met je viervoeter? Wanneer je met de gondel omhoog gaat, moet je hond een muilkorf dragen.
Dat komt omdat zo’n gondel onder openbaar vervoer valt en je raadt het al: daar is een muilkorf verplicht. Dat geldt ook voor het OV in Frankrijk en voor openbare gelegenheden in Italië. Het is dus handig om daar goed op voorbereid te zijn, zodat je niet voor vervelende verrassingen komt te staan. Laat dit je trouwens niet afschrikken, want je hond is écht meer dan welkom op Europese bestemmingen. In het ene land zijn er net wat meer wetten en regels dan in het andere land.
Weet wat je mee moet nemen voor je hond op vakantie
Een vakantie met je hond is net even anders dan zonder hond. Dat begint al bij de voorbereiding en het inpakken. Je moet namelijk niet alleen voor jezelf een koffer pakken; ook je hond heeft een aantal dingen nodig. Zoals je inmiddels weet, is een Europees huisdierenpaspoort met het chipnummer nodig wanneer je in Europa op vakantie gaat. Andere items waar je aan kunt denken zijn onder andere:
Halsband en riem
Een penning met jouw contactgegevens
Eventueel een tracker waarmee je de GPS-locatie van je huisdier kunt zien
Voer en snacks
Voer- en waterbak
Poepzakjes
Leuke speeltjes voor je hond
Een mand, hondenkussen of bench
Tekentang en eventueel middel tegen vlooien (of vooraf al behandeld)
Lekkere botten of kluiven
Eventueel medicijnen voor je hond
Telefoonnummer van je dierenarts en de dierenarts op plaats van bestemming.
Meest hondvriendelijke vakantielanden in Europa
Tot slot is het leuk om te weten waar je zoal met je hond terecht kunt. Hoewel er natuurlijk altijd regels zijn waar je rekening mee moet houden, zijn er genoeg hondvriendelijke landen in Europa. Frankrijk heeft zeker leuke adresjes en plekken waar je met de hond terecht kunt, maar wordt door de strengere regels niet bestempeld als het meest hondvriendelijke land. Ga je naar Oostenrijk op vakantie? Dan zul je zien dat je hond op veel plekken wel gewoon welkom is. Er zijn genoeg hotels en vakantiehuizen waar je viervoeter mee mag. Er is in Mayrhofen zelfs een heus Teckel Hotel te vinden! Ook bij onze oosterburen zit je helemaal goed wanneer je met je hond op vakantie wil. Ook daar geldt dat er veel hotels, campings en vakantiehuizen te boeken zijn waar je hond mee naartoe mag. Duitsland kent talloze natuurgebieden, zoals de Eifel en het Zwarte Woud, waar je heerlijk kunt wandelen. Ga je liever naar de zon? Dan zit je in Kroatië, Italië en Spanje helemaal goed. Houd er wel rekening mee dat het in deze landen in de zomer heel warm kan worden. Zelfs buiten het seizoen is het er soms bloedheet: in april 2023 haalde Spanje al zelfs een warmterecord met temperaturen boven de 40 graden! Dat is voor je hond niet heel comfortabel.
Plouf heeft inmiddels aardig wat koninklijke uitstapjes gemaakt. Ze heeft een paar keer het koninklijk paleis op de Dam bezocht en ze is in paleis Het Loo geweest. In Frankrijk was ze te gast in het paleis van Versailles, waar de Zonnekoning woonde. Ook in het Louvre en het Palais Royal, twee voormalige koninklijke paleizen in de Franse hoofdstad, was ze welkom. Zelfs het kasteel van Chantilly bezocht ze.
Haar eerste aanraking met een koning was in mijn roman Maxime I, die zowel in het Nederlands als in het Frans verschenen is. Hierin speelt ze haar eigen rol, als golden retriever met de naam Plouf, maar dan in de achttiende eeuw en als hond van de koning van Frankrijk. Ze staat zelfs op de cover van het boek.
Covertekening van Maxime I
Willem-Alexander
Een weekje na haar vijfde verjaardag was Plouf klaar om koning Willem-Alexander en koningin Máxima in het echt te zien. Ze stond op 4 mei tijdens de Nationale Dodenherdenking op de Dam, helemaal vooraan, een half uur lang oog in oog met het koningspaar, de minister-president en hun gevolg. Ze was daar uiteraard niet in haar eentje, maar samen met mij en nog eens 59 andere veteranen. En iets verderop, wat dichter bij het paleis, was nog een hond: Cooper, een zwarte labrador. Voordat de ceremonie begon hadden de honden nog kennisgemaakt en samen wat gespeeld op het gras van het Marine Instituut in Amsterdam.
Beeld van de NOS uitzending
Assistentiehond
Maar wat deed Plouf nu op de Dam, op drie meter afstand van de koning en nog dichter bij de koningin? Plouf is een hulphond. Plouf is míjn hulphond. We zijn 24 uur per dag bij elkaar, dus toen ik de eer kreeg toebedeeld om als veteraan tijdens Dodenherdenking op de Dam te staan, was het vanzelfsprekend dat Plouf erbij zou zijn. Ik heb aardig wat missies achter de rug. Conflicten in de Balkan, Liberia, Ivoorkust, Rwanda, Burundi, Angola… Ik heb daar bedreigingen, gijzelingen, beschietingen, mijnen, luchtafweer, granaten, duizenden en duizenden slachtoffers, bloedbaden, genocides, en massagraven meegemaakt.
De missies behoren tot het verleden
Uiteindelijk leverde dat een flinke PTSS op. Dat is posttraumatische stress stoornis. Het resulteerde in paniekaanvallen, nachtmerries en herbelevingen. Therapieën en medicatie boden enig soelaas maar waren niet ideaal. Het laatste redmiddel was een hulphond. En dat bleek een schot in de roos.
Oplettende Plouf
Wanneer er iets van onrust ontstaat in een bepaalde situatie, grijpt Plouf meteen in. Ze duwt degene die stress veroorzaakt dan gewoon weg. Wanneer ik een nachtmerrie heb, haalt zij me uit de droom. En wanneer het onverhoopt echt fout zou gaan, weet ze hoe ze hulp moet halen. 24 uur per dag is ze bij me, zodat ik gewoon normaal kan functioneren. Dus heb ik een gewone baan, een gewoon leven. Als buitenstaander merk je helemaal niet zo veel van die PTSS. Je vraagt je alleen af waarom die witte hond altijd bij me is.
Eerste bijeenkomst
Oefenen
Het evenement op de Dam werd voorafgegaan door twee bijeenkomsten die georganiseerd waren door het Veteraneninstituut en het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Die vonden plaats in Doorn en Amsterdam. Voorlichting, oefenen, tenue-inspecties en kennismakingen stonden op het programma. Plouf was daar uiteraard bij. Ze leerde meelopen met marcherende (ex-) militairen. Tijdens de verplichtingen was ze serieus en rustig. Ertussendoor nam ze telkens weer een duik op de grasvelden om even lekker te chillen. Hulphond of niet: ze moet vooral hond kunnen zijn.
Oefenen met veteranen
Naar de Dam
De dag van 4 mei vond Plouf best wel inspannend. Het begon met een wat lange reis naar Amsterdam, met de auto en de metro. Ze heeft een verschrikkelijke hekel aan autorijden. Meteen erna is ze het gelukkig weer helemaal vergeten. Na de laatste keer oefenen, de inspecties en de Indische maaltijd gingen we met z’n allen in bussen naar het centrum. We werden geëscorteerd door de marechaussee met blauwe zwaailichten. De rit waarbij Plouf in het gangpad stond en ze koste wat kost naar buiten wilde kijken, was best emotioneel. We reden door de stad. Overal draaiden mensen zich naar ons toe om te zwaaien of de militaire groet te brengen. Ik heb dat als heel ontroerend ervaren.
Opstellen
De bussen stopten op het Damrak. Plouf wilde maar één ding: zo snel mogelijk die nauwe en benauwde bus uit. Toeristen die daar rondliepen wilden meteen foto’s maken van die witte prachthond en van al die veteranen. Daar was even tijd voor. Daarna moesten we opstellen op het Damrak en vervolgens om de Bijenkorf heen naar de Dam marcheren, keurig in de maat. Plouf liep heel netjes. Ze trok veel bekijks en schrok alleen van een herdershond in het publiek die naar haar uitviel. Meteen erna liep ze weer in het gareel.
De koning komt eraan
Op de Dam werden we met z’n allen in twee rijen opgesteld, van het paleis tot aan het monument: de Erecouloir. Plouf en ik stonden helemaal vooraan. Na het opstellen begon het wachten. In het begin was Plouf nog wel nieuwsgierig naar al die mensen maar op een gegeven moment ging ze rustig liggen. De rust werd wat verstoord door een paar brutale duiven die wel heel dichtbij kwamen. Plouf keek naar ze en had zonder moeite een van die vogels kunnen vangen. Aan de overkant zag ik iemand al lachend kijken naar het tafereel, beseffend dat de hond ieder moment in actie kon komen. Ik vertelde haar dat het niet mocht dus Plouf liet de duiven met rust. Na een tijdje gingen ze vanzelf weg omdat er steeds meer activiteit was op de Dam. Er klonk muziek, er werd geschreeuwd, de militairen en veteranen sprongen in de houding, en toen kwamen vanuit links de koning, de koningin en hun gevolg eraan. In dat gevolg bevonden zich onder meer de minister-president en de burgemeester van Amsterdam.
Koning in aantochtVoor de koning en de koningin
Nu ging Plouf zitten om te zien wat er gebeurde. Vlak voor onze neus stopten de koning en zijn stoet. Een half uur lang bleven ze daar staan, Willem-Alexander op drie meter afstand en Máxima nog dichterbij. Plouf staarde ze aan en je zag zowel de koning als de koningin heel snel en zo onopvallend mogelijk even naar haar kijken. Het was bijzonder om onze vorst een half uur lang in de ogen te kunnen kijken, tijdens de toespraken, tijdens de kransleggingen en tijdens de twee minuten stilte. In zijn ogen zag je dat de minuten stilte hem ook echt wat deden. Ook met premier Rutte had ik even oogcontact. Een hond in zo’n setting blijft toch een bijzondere verschijning.
De eerste krans
Meer rust in het lijf
Plouf had het na een tijdje allemaal wel gezien en ging weer liggen, waarbij ze het koningspaar onbeleefd de rug toekeerde. Achter ons bevonden zich veel meer mensen dan voor ons, dus vanuit haar perspectief is het logisch dat ze die kant in de gaten hield. Toen het défilé begon, was het voor haar tijd om zich weer om te draaien en, nog steeds lui liggend, te kijken naar al die mensen die in stilte en met respect voorbij kwamen lopen om even stil te staan bij de kransen, de bloemen en de herinnering aan hen die hun leven hebben gegeven.
Lang stilstaan
We hebben er ruim twee uur gestaan. Aan het einde, toen de belangrijkste hoogwaardigheidsbekleders weg waren, vroeg een soldaat van de Nationale Reserve of Plouf wat water wilde. Hij ledigde een flesje van een halve liter in een bak en de hond dronk het in één keer weg. Het was best warm, de zon had de hele dag geschenen en ook al had Plouf veel gedronken voordat we de bus in gingen, toch had ze dorst.
Kijken naar de bevelhebbers, NOS uitzending
Veteranen en gevallenen
Heel Nederland had Plouf op televisie gezien. Zo helemaal vooraan viel ze beslist op. Ze stond symbool voor de veerkracht van veteranen. Iedere militair die op missie gaat maakt een sprong in het duister. Je weet nooit waar je uiteindelijk terecht komt en wat er kan gebeuren. Dat geldt voor alle functies tijdens uitzendingen, of je nu een gevechtsfunctie hebt of een ondersteunende rol krijgt toegewezen. Militairen komen wel eens beschadigd terug, lichamelijk en/of geestelijk. Je ziet steeds meer honden verschijnen die mensen met een lichamelijke beperking of PTSS kunnen ondersteunen. Niet alleen bij veteranen overigens, ook bij de politie. Deze avond liet Plouf zien dat ze er niet alleen vóór mij is, maar ook mét mij. Ze liet zien dat het leven door kan gaan, ook wanneer missies in het buitenland trauma’s hebben opgeleverd. Deze avond herdachten we in stilte al degenen die het niet na hebben kunnen vertellen en die het allerhoogste offer hebben gebracht.
De rust zelve
Heel even vervulde Plouf de rol van ambassadrice voor de hulphonden in Nederland, die vreemd genoeg met regelmaat worden geweigerd in een winkel of een restaurant. Ze heeft laten zien dat ze zelfs bij zo’n nationale ceremonie een rol mocht vervullen. Op het moment dat de commandant der strijdkrachten langsliep fluisterde hij mij wat vriendelijke woorden toe. Plouf en hij hadden een maand eerder al persoonlijk kennisgemaakt. Hulphonden zijn bij defensie allang niet vreemd meer.
Bovenaanzicht van de Dam
En wat Plouf er zelf van meegekregen heeft? Tja, ze vindt het gewoon fijn om altijd bij me te kunnen zijn. Het eerste wat ze deed toen we eindelijk thuis waren, was eisen dat de deur naar de tuin geopend werd, om heerlijk in het donker over het gras te rollen, alsof ze zo alle indrukken van zich af kon schudden. Een paar dagen lang was ze de heldin van ons dorp.
Voor mij zijn de momenten van voorbereiding tezamen met al die andere veteranen, die momenten van saamhorigheid en van herinnering op de Dam in ieder geval onvergetelijk. Ik zal ze zeker niet van me afschudden.
Op haar eerste ochtend in Parijs liep Plouf vol zelfvertrouwen het hotel uit om naar de oever van de Seine te wandelen. Ze had een prima nacht gehad in een mooi hotel waarvan de kamers waren ingericht in de stijl van de Franse koningen. Op de bovenste verdieping van het eeuwenoude gebouw had ze de beschikking over een bed en een dakterras. Ze houdt van koelte dus vooral dat laatste kwam haar prima uit.
Grote stad
Maar ze schrok wel van de grote stad. Veel auto’s, veel lawaai, veel mensen, maar vooral: geen plekje om rustig haar behoeften te doen. Er was geen stukje groen te bekennen. Een paar grassprieten bij een boom waren misschien voldoende voor een plasje maar voor de rest wilde ze toch echt een hele grasstrook hebben. Plouf is niet bepaald een stadshond. Omdat ik het zelf ook niet wist, zijn we naar het park de Tuileries gelopen, achter het Louvre. Daar was dan eindelijk een grasveld, waar Plouf meteen kennis kon maken met veel Franse honden. Later in de week ontdekten we wat groene stroken op de onderste wal langs de Seine, tegenover de Conciergerie. Aan de overkant van de Seine, na de Pont-Neuf, in de Square du Vert-Galant, heb je ook een heus grasveld. Op deze historische plaats werd in 1314 de laatste grootmeester van de Tempeliers op de brandstapel geëxecuteerd. Hij heette Jacques de Molay.
Groenstrookje langs de SeineSquare du Vert-Galant
Chantilly
De dagen voordat we in Parijs belandden waren wat rustiger. Plouf verbleef in Chantilly, net boven de grote stad, bekend van de paardenraces en het prachtige kasteel. Een paar keer per dag mocht ze wandelen in het bos waarvan de bodem helemaal in bloei stond, met witte en blauwe bloemen. Ze bracht er wat dagen door bij haar vriendinnetje Luna, een mooie husky.
Plouf en Luna
Ook een bezoek aan het fenomenale château was onderdeel van het programma. Het kasteel herbergt een grandioze privé-kunstcollectie, met werken van onder andere Rafaël, Clouet, De Champaigne, Delacroix en Ingres. Plouf is dan wel een leuke en slimme hond, maar duidelijk geen cultuurhond. Het museumbezoek onderging ze, af en toe nieuwsgierig kijkend naar andere mensen, of demonstratief en luid zuchtend neerploffend wanneer het haar net iets te lang duurde. Ze had meer interesse in het grote park dat in de zeventiende eeuw werd aangelegd door André Le Nôtre, de tuinarchitect van de Zonnekoning. De tuinen liggen er nog net zo bij als eeuwen terug. De kleine hagen zijn met precisie gesnoeid en de grote waterpartijen geven het geheel een fantastische aanblik.
Poseren voor het kasteel van ChantillyTussen de meesterwerken in Chantilly
Plouf vond een weekje in Parijs zowel leuk, spannend als vermoeiend. Het was leuk omdat ze overal mee naar toe mocht en af en toe mee kon proeven tijdens het eten. Het was vooral spannend in de metro voor de eerste keer. En na dagenlang door de stad lopen in het zonnetje was ze ’s avonds altijd best moe.
Uitgeteld op bed
Au vieux comptoir
Al snel wist ze de weg van het hotel naar restaurant Au vieux comptoir. De eerste keer dat we daar aten, werden we zo gastvrij ontvangen dat we vervolgens iedere dag daar gegeten hebben. Ze kreeg elke avond haar eigen plek voor de deur zodat ze goed in de gaten kon houden wie er binnen kwam en wie er naar buiten ging. Ook kreeg ze telkens meteen een drinkbak voorgeschoteld. Anne, de eigenaresse, verontschuldigde zich wat omdat de kom nogal klein was. Dat kwam volgens haar omdat er in Parijs niet zo veel grote honden wonen, gelet op het gebrek aan tuinen en uitlaatplaatsen. Plouf mocht soms een beetje proeven van het grandioze eten dat daar wordt bereid, alles volgens grootmoeders recepten. En Anne was duidelijk naar haar klanten: “Plouf is de stamgast”.
In het restaurant
Musea
Het Louvre werd de volgende museumervaring voor deze witte viervoeter. Zoals eerder aangegeven is Plouf geen cultuurliefhebber, dus dit soort bezoeken beperk ik in de regel tot één per dag en dan maximaal anderhalve uur lang, tenzij ze er tussendoor even uit kan. Sommige musea hebben namelijk ook een buitengedeelte.
Voor het Louvre
Het Louvre, dat vroeger één van de paleizen van de koning was, is groot, te groot om zelfs in een week goed te bekijken. Drommen mensen bewegen zich voort in de gangen, op zoek naar het beeld Venus van Milo en de Mona Lisa van Da Vinci. Dikke rijen mensen wachten tot ze dat mysterieuze schilderij mogen bekijken. Wij hebben het overgeslagen. Toen ik kind was ging ik wel eens met mijn ouders naar het Louvre, en toen hadden we het schilderij voor ons alleen. In die tijd kon je het bijna aanraken. Maar het Louvre is iedere keer opnieuw interessant, met aandacht voor meesterschilders, voor beeldhouwers en voor beschavingen.
In het Louvre
Het Musée d’Orsay is eigenlijk net zo interessant, maar zeker minder druk. Ook hier vind je veel sculpturen en schilderijen. Ik vond het mooi om naar de werken van Gauguin te kijken, waarvan er één pronkt op de Franse postzegels die ik vroeger spaarde. Er hangen ook wat werken van Vincent van Gogh. Het is ruim opgezet en open. Plouf kon er prima gedijen zonder dat ze steeds bedacht moest zijn op honderden voeten die haar poten of staart wilden betrappen.
Arearea van Paul Gauguin
Tour Eiffel
Alles wat in de buitenlucht ligt, is voor een hond toch leuker dan binnen, tenzij het regent. Plouf zwemt weliswaar heel graag, maar heeft een hekel aan regen. Daar hebben we gelukkig geen last van gehad. Een bezoek aan de Eiffeltoren was zeker onderdeel van het programma. Niet erop, nee, gewoon ervoor, lekker in het gras, onder de roze bloesem van de kersenbomen. De fonteinen werkten niet maar het was een heerlijke middag om rustig neer te strijken en even niets te doen. Ik deed althans niets. Plouf kon zich lekker uitleven, in haar eentje rollend door het gras of spelend met Parijse hondjes. Een kleine fotoshoot tussendoor, en ze mocht de metro weer in, terug naar het hotel.
Typisch Parijs
Die metro was wel wat wennen voor haar. De trein vindt Plouf al niet heel erg leuk. De metro is nog veel erger. Veel geluiden als zoemers en dichtslaande deuren, mensen die gestressed zijn, haast hebben en dicht op elkaar staan. Maar na een paar ritjes was ze er enigszins aan gewend. Metrostations zijn overigens niet ideaal voor honden, met weinig daglicht, lange gangen, veel trappen en roltrappen, poortjes en weinig liften. Van de vele kilometers die Plouf in Parijs heeft afgelegd, zijn er wel een aantal onder de grond geweest.
Wachtend op de metro
Het paleis van de Zonnekoning
Het paleis van Versailles was de laatste grote expeditie. Ook daar werd Plouf met alle égards ontvangen. Een assistentiehond heeft echt overal toegang. Er wordt weliswaar af en toe gevraagd om een identiteitsbewijs van de hulphond, maar daarna is ze absoluut welkom. Het koninklijke Versailles, het paleis dat door Louis XIV werd gebouwd en dat als voorbeeld diende voor veel paleizen in Europa, is immens groot.
Voor de ingang van Versailles
We begonnen met een rondleiding achter de schermen, in een klein groepje met een gids, om op plekken te komen waar de meesten niet komen. Vroegere badkamers en privé-vertrekken werden zo zichtbaar. Daarna was het tijd om zelf rond te lopen, door de Grote Appartementen en de wereldwijd bekende Spiegelzaal. Plouf liep de route die zij ook wandelde in het boek “Maxime I”, waarin zij haar eigen rol speelt, maar dan in de achttiende eeuw. De Spiegelzaal kijkt uit op de uitgestrekte paleistuinen, en de 357 grote spiegels zorgen ervoor dat je vanaf elke plek in de galerij uitzicht hebt op het park. Ook hier mocht Plouf even poseren tussen de menigte, maar haar blik was vooral gericht op de tuinen. Ze gluurde steeds door de ramen in plaats van bewondering te hebben voor goud, kristal, marmer en schilderijen. Die begerige blik naar buiten was in elk geval het sein om het bezoek af te breken en verder te gaan in het aantrekkelijke park. Ook hier rent ze dagelijks rond in de eerder genoemde roman. Versailles was als een soort thuiskomst.
Naar buiten kijken in de SpiegelzaalIn het park van Versailles
Veel te zien
Om door Parijs heen te stappen heb je meer tijd nodig dan een week. In de Stedenbundel schetste ik een kort bezoek, maar als je het ontspannen doet, samen met een hond, en elke avond met andere mensen gaat eten, kom je tijd tekort. Vanuit de Tuileries hebben we de Champs-Elysées en de Arc de Triomphe gezien maar we zijn niet zo ver gelopen.
Tuileries met in de verte de Obélisque en de Arc de Triomphe
Het Palais Royal was de plaats voor een leuke wandeling. Ook het Centre Pompidou is al lopend door de stad aangedaan, evenals het grote stadhuis van het eerste arrondissement. De Invalides en het graf van Napoleon hebben we overgeslagen. Ik ben er al vaak geweest en ik wilde Plouf toch vooral ook wat rust gunnen af en toe.
In het park van Palais Royal
De Notre-Dame mocht niet ontbreken en daar hebben we een rondje omheen gelopen. Na de brand in april 2019, nu vier jaar geleden, ziet de voorkant van de kerk er inmiddels redelijk ongehavend uit. De zijkant biedt een dramatische aanblik. De restauratiewerkzaamheden vorderen en de overheid hoopt het gebouw eind 2024 weer voor het publiek te kunnen openen. Ook de Sacré-Cœur en het altijd gezellige Montmartre hebben we overgeslagen. Te veel, te ver, in combinatie met alles wat we gedaan hebben.
Braaf zitten voor de Notre-Dame
Hulphond annex reishond
Plouf is een hulphond annex reishond. Ze vond zelf vooral de Tuileries leuk. Ze kende de weg van het hotel naar de tuinen en terug al snel, en vond het maar wat mooi om daar gewoon even hond te zijn met allemaal andere speelkameraadjes. Want vakantie moet leuk zijn voor allebei.
Sinds de coronacrisis is het aantal huisdieren in Nederland flink gestegen, blijkt uit onderzoek van I&O Research. Je leven verandert aanzienlijk wanneer je een kat, hond of goudvis in huis hebt. Ga je bijvoorbeeld op vakantie dan moet je ervoor zorgen dat iemand je dier kan verzorgen.
Wat je ook kunt doen, is je huisdier meenemen op vakantie. Je goudvis laat je natuurlijk gewoon in zijn aquarium thuis en een kat blijft over het algemeen ook liever in zijn of haar eigen omgeving. Maar een hond? Die gaat in veel gevallen gewoon mee. Daarom is het wel zo fijn om te weten wat de regels voor honden binnen en buiten Europa zijn.
Reizen met je hond binnen Europa: regels en tips
Ga je op reis binnen de Europese Unie dan zijn er algemene regels waar je rekening mee moet houden. Het is bijvoorbeeld altijd verplicht om een Europees dierenpaspoort voor je hond te hebben. Aan de hand daarvan moet de hond kunnen worden geïdentificeerd. Dat gebeurt tegenwoordig handig en snel met een chip tussen de schouderbladen die met een chiplezer kan worden gecheckt. Ook moet je hond zijn ingeënt tegen hondsdolheid (rabiës) en moet dit minstens 21 dagen voor vertrek te zijn gedaan. Deze regels zijn uniform voor de landen binnen de Europese Unie.
Ben je van plan om met een jonge hond (onder de twaalf weken) te reizen? Zo’n hondje is nog te jong om ingeënt te worden tegen rabiës. Kijk daarom goed wat de mogelijkheden daarmee zijn; dit verschilt per land. Hondjes ouder dan vijftien weken én met de juiste vaccinaties en een dierenpaspoort mogen gewoon op reis, omdat de rabiësinenting pas na drie weken werkzaam is. In veel landen mag je met zulke jonge hondjes nog niet op reis, maar eerlijk is eerlijk: ze zijn ook nog zó jong dat het beter is om ze eerst aan eigen leefomgeving te laten wennen. Om het zeker te weten, is het aan te raden om voor vertrek de regels omtrent het meenemen van je hond van het desbetreffende Europese land goed te checken.
Regels voor reizen met je hond buiten Europa
Waar de regels binnen Europa namelijk soms al flink verschillen, is dat buiten Europa helemaal het geval. Ieder land heeft eigen regels en voorwaarden opgesteld voor het ‘invoeren’ van je hond. Zo eisen sommige landen een gezondheidscertificaat of een heel bloedonderzoek waarmee kan worden laten zien dat de hond niet besmet is met rabiës. Wil je bijvoorbeeld met je hond naar Australië dan moet je een bloedtest uit laten voeren door een erkend laboratorium. In Nederland in kun je hiervoor terecht bij Wageningen Bioveterinary Research in Lelystad.
Reis je naar de Verenigde Staten met je hond dan moet je een toelatingsbewijs hebben van het Amerikaanse Center for Disease Control and Prevention (CDC). Die ontvang je wanneer je over een bewijs (het paspoort) beschikt met alle gegeven vaccins, naam en adres van de eigenaar, informatie over het ras en de leeftijd van de hond, de naam en de omschrijving van de hond, de datum wanneer het vaccin gegeven is, de gegevens van de dierenarts die het vaccin gegeven heeft en de vervaldatum ervan. Zo zijn er voor ieder land buiten Europa verschillende regels voor het meenemen van je hond. Het beste is om de ambassade van het land van bestemming om de regels te vragen. Ook via Google kom je al een heel eind.
Zijn er invoerregels voor je hond voor (de terugweg naar) Nederland?
Tegenwoordig worden er ook veel honden naar Nederland gehaald uit andere Europese landen zoals Oekraïne, Spanje en Roemenië. Dit zijn meestal straathonden die in Nederland een beter leven krijgen. Net als andere landen in en buiten Europa beschikt Nederland over een paar regels waar je je aan moet houden wanneer je honden in Nederland ‘invoert’. Deze regels zijn ook van toepassing wanneer je voor een langere periode op reis bent geweest in het buitenland. Let hierbij op de volgende voorwaarden:
Ook voor Nederland moet je hond een verplichte inenting hebben tegen rabiës. Deze moet eveneens minstens 21 dagen voor vertrek gezet zijn wanneer je hond uit het buitenland komt. Neem je je hond weer mee terug naar Nederland, bijvoorbeeld bij een reis? Dan moet de vaccinatie nog geldig zijn.
Je hond moet beschikken over een geldig EU-dierenpaspoort.
Je hond moet verplicht over een chip beschikken (of een goed leesbare tatoeage wanneer deze voor 3 juli 2011 gezet is).
Je hond moet minimaal 15 weken oud zijn.
Je hond moet altijd worden begeleid door jou of een andere begeleider.
Zoals je ziet, zijn dit regels waaraan je je ook al moest houden bij vertrek naar een land binnen of buiten Europa. Voor de terugkeer naar Nederland hoef je meestal niet veel extra stappen te ondernemen, maar let op: ben je langer in een land buiten Europa geweest, bijvoorbeeld bij werk in het buitenland, dan is het aan te raden om goed te controleren of er geen extra regels zijn voor de invoer van je hond in Nederland.
Een hond hoort niet helemaal thuis in een museum. Ik schat in dat de gemiddelde hond geen neus heeft voor kunst. Een hulphond echter gaat en staat waar het baasje of het vrouwtje gaat. Plouf heeft derhalve al heel wat musea bezocht en zelfs een paar keer kennis gemaakt met Vincent van Gogh. Deze schilder staat bekend als één van de beste schilders uit de 19e eeuw.
Verveeld in het Van Gogh museum
De eerste kennismaking van Plouf met de schilder, was in Amsterdam. In het Van Goghmuseum aan het Museumplein wordt de grootste verzameling ter wereld van deze kunstenaar tentoongesteld. Een mens kijkt zijn ogen uit naar de verschillende stijlen en thema’s die deze schilder kenmerkten. Donker, licht, vrolijk, triest, natuur, stilleven, stadsgezicht. Op een hond maakt het postimpressionisme echter geen indruk en zodra de gelegenheid zich voordeed, plofte Plouf neer op de vloer, de rug demonstratief naar de schilderijen gekeerd. Na een aantal uren door de hoofdstad geslenterd te hebben, rond geparadeerd te hebben in een druk museum, vond zij dat het tijd was voor een middagdutje. Jammer voor Vincent.
Lekker buiten bij Kröller-Müller
De tweede poging was bij de op één na grootste Van Gogh collectie, en wel in het Kröller-Müller museum op de Veluwe. Plouf is daar inmiddels twee keer geweest. Het beviel haar stukken beter. Het was er beduidend minder druk en er was vooral veel afwisseling: een beeldentuin in de buitenlucht en prachtige galerijen in het hoofdgebouw.
In het Aldo van Eyck-paviljoen
De afwisseling in dit museum is heerlijk voor mens en dier. Het park van 25 hectare met bijna 200 kunstwerken nodigt eenieder uit om op z’n gemak in de natuur (voornamelijk moderne) kunstwerken te ontdekken. In het voorjaar bloeien de ontelbare rododendrons, in de herfst is de grond bezaaid met dode bladeren. Kunst en natuur combineren is behalve origineel ook rustgevend. Plouf vond het helemaal geweldig om een museum in de buitenlucht te bezoeken. Heel af en toe mocht ze even los van de riem om te poseren voor een foto in het amfitheater of tussen de sculpturen van het Aldo van Eyck-paviljoen. Het voordeel van een hulphond is dat zo’n dier dusdanig getraind is dat je hem gerust even kunt vragen om ergens te blijven zitten terwijl je achteruit loopt om een foto te kunnen maken. Plouf zal niemand tot last zijn en pas in beweging komen wanneer je haar toestemming geeft.
Het amfitheater
Binnen het museumgebouw voelde Plouf zich wat minder vrij dan buiten. Ze is in zo’n situatie gewoon aan het werk en zo voelt ze dat ook. Ze liet zich dan ook door niemand afleiden. Ook hier moest er toch even geposeerd worden, en nu bij de werken van de meester. Het ging immers over een ontmoeting met Van Gogh. Braaf ging ze op de vloer zitten met een aantal grandioze schilderijen op de achtergrond, geduldig wachtend tot de foto gemaakt was, onder het toeziend oog van een vriendelijke suppoost.
Wie is nu de ster?
Op een gegeven moment keek ze dan toch eerst opzij, en toen achterom, alsof ze de schilderijen wilde bekijken. Ze gluurde naar het portret van Joseph Roulin en naar het prachtige doek van het caféterras bij nacht in Arles (place du forum). Of misschien was ze diep in haar hart wat ongerust omdat die meesterwerken werden gemaakt door een man die zijn eigen oor afsneed. Wat er in haar kopje omgaat zullen we nooit weten helaas.
Toch omkijken
Musea zijn niet voor honden. Een viervoeter is veel beter af op het strand of in het bos. Buiten wandelen en binnen rondlopen was voor Plouf in ieder geval een ideale afwisseling. En, eerlijk gezegd geldt dat eveneens voor heel veel mensen. Het Kröller-Müller is gewoon een heerlijk, fijn en mooi museum.
Dit stukje gaat feitelijk enkel over zee, over strand en over Plouf. Die drie zijn onlosmakelijk verbonden met elkaar. Noordzee, Middellandse Zee, Atlantische Oceaan … het maakt allemaal niet uit. Als het maar zee is. Wij wonen in het oosten van het land dus Plouf moet het in de regel gewoon doen met een plas. Dat vindt ze een prima alternatief. Maar onlangs gingen we weer naar Noordwijk aan Zee. Plouf werd best wel chagrijnig in de auto omdat ze een hekel heeft aan autoritten, zeker als ze lang duren. Maar toen ze de duinen zag en de zeewind opsnoof, was die vervelende rit al snel vergeten en vergeven.
Blij in Noordwijk
Het in bedwang houden van een waterhond in het zicht van de zee is een haast onmogelijke opgave. Zodra Plouf over de duinen heen is en de zee ziet liggen, verandert ze spontaan in een sterke en snelle zeehond en kan niets haar nog tegenhouden. Ik denk dat ze iedere tel dat ze dan nog aan de lijn is, beschouwt als dierenmishandeling. Ze blijft me dan smekend aankijken totdat ze los mag. En vervolgens schiet ze vooruit in de richting van de branding. Halverwege stopt ze ineens en draait zich om, teneinde zeker te stellen dat ik haar wel volg. Ze heeft slechts een enkel gebaar nodig om zich daarna volkomen vrij te voelen en zonder enige schroom de golven in te duiken. Het tafereel is iedere keer hetzelfde.
In haar element
Het was koud. ’s Nachts had het gevroren. De zon en de strakke lucht maakten deze dag echter tot een mooi uitstapje aan de Noordzeekust. Het was dan ook best druk. Plouf houdt niet zo van warmte. Kou daarentegen deert haar niet. Je moet haar daarom enigszins tegen zichzelf beschermen. Maar tijdens deze urenlange wandeling in de late najaarszon kreeg ze weinig kans om echt af te koelen.
Rennen
Het was voor haar niet zozeer een wandeling. Het was rennen, springen, duiken, rollen en spetteren. Ze vloog overal achteraan, achter stukjes hout die de zee in werden gegooid, of achter zand dat door de lucht vloog. Meeuwen interesseerden haar niet. Die vogels achternajagen heeft ze allang opgegeven nadat ze in de gaten kreeg dat ze die toch nooit te pakken zou krijgen. Andere honden wekten haar interesse ook nauwelijks op. In het water spelen is immers veel leuker dan afgeleid worden door een andere viervoeter.
Springen
Plouf was een middag lang gewoon weer een onbezorgde pup. Ze haalde allerlei kapriolen uit langs het water, van door de golven heen duiken tot halve salto’s maken terwijl ze probeerde wat opspattend schuim te vangen. Toen ze nog echt heel jong was, was ze onbeheersbaar op het strand. De elementen kregen dan de overhand op haar gedrag. Op de stranden van Blankenberge en Terschelling was niemand in die tijd veilig voor die rebelse en natte hond die spontaan tegen je opsprong. Tegenwoordig is ze heel gehoorzaam. Een enkel gebaar, een enkel woord, en ze komt de golven uit rennen om braaf naar me toe te komen. Opspringen tegen mensen doet ze allang niet meer. Ze neemt wel altijd poolshoogte bij wandelaars die dicht in de buurt komen. Een pup is leuk maar een volwassen hond van inmiddels 4,5 jaar oud is dat zeker ook!
De Noordzee tegemoet
Zee en strand. Plouf zal daar nooit genoeg van krijgen, en ik ook niet. Het is zo mooi om haar te zien genieten en daar word ik zelf op mijn beurt ook gelukkig van. Uren in de auto? Tja, dat moet dan maar. Niet te vaak weliswaar, maar op z’n tijd betekent dat dan een leuk dagje uit voor de hond.
Even uitschudden
Het vaste stekje voor na een strandwandeling in Noordwijk aan Zee is niet zozeer een op het zand gebouwd strandpaviljoen, maar steevast al vele jaren, tientallen jaren misschien, restaurant de Botter. Honden die zich net op het strand hebben uitgeleefd, zijn zo ongelooflijk welkom in dit prima restaurant aan de boulevard. Voor de baasjes en voor de honden staat er dan ook voldoende eten en drinken klaar. De perfecte afsluiting van een dagje actie.
Uitgeteld op de bank
Alhoewel … voor Plouf is dat moment dat ze op de bank ligt misschien wel een nog veel fijnere afsluiting. Lekker knus, heerlijk vertrouwd, voordat de oogjes dichtvallen, dromend van strand en zee.
Op pad gaan vindt Plouf wel leuk. Sowieso omdat ze dan mee mag en niet thuis hoeft te blijven. Daarnaast vindt ze het ontdekken van nieuwe plekjes en andere geurtjes heel interessant. De eerste (voor haar dan) grote reis was naar Utrecht. Ze was nog een kleine pup en een deel van de wandeling moest ze gedragen worden om haar niet te veel te belasten. “Wie laat nou wie uit?” was de opmerking die ik steevast kreeg te horen onderweg. Al heel jong ontdekte Plouf op die manier de Oudegracht en de Domtoren.
Eerste stapjes in Utrecht
Plouf houdt nog steeds niet zo van autorijden. Ze springt iedere keer met veel enthousiasme op de achterbank maar zodra de auto in beweging komt, vindt ze het maar niks. Ze heeft stress in de auto. Zodra we stil staan is het overigens meteen over. Bij lage snelheden waarbij haar kop uit het raam kan, gaat het steeds beter. En we hebben echt van alles geprobeerd. Voorin, achterin, in een mand, met een knuffel, op schoot… Auto’s zijn gewoon niet haar ding. Dus reizen we binnen Nederland wel eens met de trein. Dat vindt ze eigenlijk ook niet helemaal leuk maar uiteindelijk gaat ze toch liggen en zelfs slapen tijdens de rit. Ze heeft wel een voorkeur voor het fietsencompartiment boven een coupé. Het is er ruimer dus fijner voor haar.
In de trein
Nieuwe plekjes ontdekken samen met je hond is gezellig. Soms is het ook wat lastig. In Amsterdam viel het aantal grasveldjes om te kunnen plassen namelijk wel erg tegen. Vanaf het Centraal Station tot aan het Museumplein zag je Plouf steeds uit haar ooghoeken zoeken naar een geschikte plek. Die kwam maar niet. Op de kaart van Amsterdam zie je binnen de grachtengordel dan ook geen enkele hondenuitlaatplaats. Aan de andere kant van het Rijksmuseum was gelukkig heel veel gras maar toen we daar aankwamen na een wandeling over het Damrak, door de Kalverstraat en langs allerlei grachten, waren we wel een uur verder.
Museumplein Amsterdam
Steden zijn misschien wat minder geschikt voor een plattelandshond als Plouf. Ze kijkt weliswaar haar ogen uit naar al die mensen, maar voluit ravotten in een stuk natuur zonder aangelijnd te zijn, heeft toch wel haar voorkeur. Het liefst duikt ze dan ook nog eens overal waar het maar kan het water in. Soms mag ze dat niet en dan blijft ze demonstratief staren naar die aanlokkelijke plas in de hoop dat het er misschien toch nog van komt. Die dikke vacht droogt niet zo snel en soms komt het even niet uit dat ze drijfnat is. In een trein bijvoorbeeld. In dit rare kunstwerk bij Slijk-Ewijk keek ze dan ook begerig en zielig naar al dat lekkere water.
Slijk-Ewijk
Af en toe moet ze zich nóg beter gedragen, zoals onlangs bij een werkbezoek aan de PreZero energiecentrale in Roosendaal. Ze is overigens niet binnen geweest want een hond heeft daar helemaal niets te zoeken. Het is er lawaaierig en ze zou veiligheidskleding aan moeten trekken. Zelfs voor een inmiddels geroutineerde hulphond gaat dat net iets te ver. Daarnaast was het grasveld veel leuker en stond haar tijdelijke drinkbak veilig in het kantoorgebouw.
PreZero Energy Roosendaal
Strand is echt wat ze het mooiste vindt. Dat ligt aan de combinatie met water. Menig hond geniet al van de duinen maar voor haar betekent wandelen in de duinen dat ze niet in zee ligt. De duinen slaat ze om die reden liever over. Ze gaat meestal naar Noordwijk aan Zee om lekker langs de vloedlijn te rennen en de golven in te duiken, maar ook op Terschelling kon ze haar hart ophalen. Dat laatste is een prachtig eiland voor mensen en voor honden. Tijdens het weekend draaide het voor haar de hele dag enkel en alleen om zee en zand. De duinen nam ze op de koop toe, maar van daaruit bleef ze wel steeds de zee in de gaten houden.
Gluren naar de zee op Terschelling
Ook het midden van het land en, preciezer nog, het middelpunt van Nederland mocht Plouf een keer ontdekken. In Lunteren markeert sinds 1965 een zwerfsteen die speciale, centrale plek en er komen veel mensen af op de nationale bezienswaardigheid. Het omliggend gebied is ideaal voor mooie boswandelingen. De beruchte muur van Mussert staat ook in de buurt maar daar zijn Plouf en ik niet heen geweest. De meningen zijn verdeeld over hoe lang de schandmuur er nog moet blijven staan.
Het middelpunt van ons land
Plouf reist heel wat af door het land. Kort geleden reed ze mee naar het Nationale Park de Hoge Veluwe. Dit is een prachtig natuurgebied van maar liefst 5.400 hectare met zowel bos, hei als stuifzand, waar grote diersoorten voorkomen als edelherten, moeflons, reeën en wilde zwijnen. Het is prachtig dat zoiets bestaat binnen onze landsgrenzen. Het is een heerlijke plek om te ontdekken. Het meest verrassende was misschien wel het jachthuis Sint Hubertus, door Berlage ontworpen als buitenhuis voor de familie Kröller-Müller. Bij een jachthuis verwacht je een wat uitgebouwde hut. Dit is meer een kasteeltje.
Voor het jachthuis
Plouf is niet binnen geweest in het jachtslot. Buiten is het immers veel leuker voor haar. In het Brabantse Oudenbosch mocht ze wel even de grote 19e eeuwse basiliek in om te poseren. Stilzitten en alle aandacht krijgen terwijl ze gefotografeerd wordt, vindt ze gewoon leuk. Vaak gaat ze al mooi zitten op het moment dat iemand een telefoon tevoorschijn haalt. De meneer die op de basiliek paste was uitermate lief voor haar. Gewoonlijk mogen honden alleen mee naar binnen indien ze gedragen worden. Plouf weegt 31 kilo dus dat is wat aan de zware kant. Ze mocht toch even naar binnen voor haar fotoshoot en de brave man had er een zwabber bij gehaald voor het geval ze de vloer zou bevuilen.
Oudenbosch
Of het ereveld in Loenen een uitstapje is of een gedenkplaats, hangt af van wat je er komt doen. Plouf is al er al een paar keer geweest en gedraagt zich iedere keer voorbeeldig wanneer we langs de graven van gevallenen lopen. Het is er stil en vredig en buiten de begraafplaats om kun je ook een stuk door het bos lopen. Het meest interessante aldaar vond zij toch wel de grote spiegel met de tekst ‘Zo zien mensen eruit die in vrede leven’.
In vrede leven
Uitstapjes en dagtochtjes zijn er best wel veel in Nederland en er zijn er aardig wat bij die ook leuk zijn voor de viervoeters. En nee, ze mogen inderdaad niet overal naar binnen, wat lastig is als je tijdens een dagje wandelen ergens wat wilt eten of drinken. Er zijn echter steeds meer restaurants die honden welkom heten waardoor een dagje weg met de hond gewoon mogelijk is. In de trein zijn ze in ieder geval welkom. Je moet er zelfs een speciaal hondenkaartje voor kopen.
Wanneer Plouf in de ochtend de trappen van het hotel afloopt naar het ontbijtrestaurant, klinkt van alle kanten, vanuit zowel medewerkers als gasten, een welgemeend “Bonjour, Plouf!”. Plouf kwispelt dan iedere keer met haar staart ten teken van dank en herkenning om vervolgens netjes bij de ingang van het restaurant te gaan zitten en op haar beurt te wachten. Binnen een dag na aankomst is ze al de chouchou, het lievelingetje van het leuke Grand Hôtel Moriaz aan het strand. Ze wordt zelfs mascotte genoemd.
Plouf voor het Grand Hôtel Moriaz
Tja, dat strand. Dat begint al meteen bij het restaurant van het hotel in Cavalière aan de Franse Côte d’Azur. Het is een smalle strook zand die Plouf scheidt van haar grote favoriet: de zee. Water, water en nog eens water. Af en toe wat golfjes en vooral heel veel pret. Zwemmen is echt haar lievelingsactiviteit en de hele dag kijkt ze reikhalzend uit naar die grote blauwe zee. Er is wel een hindernis: dat hete zand dat haar voetjes brandt. Een paar keer per dag mag ze de sprint wagen en duikt ze samen met mij het water in om ruim een uur te zwemmen, met af en toe een tussenpoos in ondiep water om op adem te komen.
Water!
Vervolgens loopt ze even onder de douche om het zout af te spoelen en daarna gaat ze slapen in de schaduw: het traditionele Mediterraanse dutje. Af en toe doet ze zuchtend een oogje open als ze wat kreten hoort van de overenthousiaste pétanque-spelers voor het hotel. Ze houdt de boel duidelijk wel nog in de gaten.
Zuchten tijdens de pétanque
Op de meeste stranden aan de Rivièra zijn honden in de zomer absoluut niet welkom, ook niet aangelijnd. Het hotel waar wij zijn neergestreken is echter hondvriendelijk. Het stukje strand dat ervoor ligt hoort bij het hotel en honden mogen daar komen, mits ze aangelijnd zijn. Ze mogen echter niet de zee in omdat die niet privé is. Rond etenstijd in de avond is daar overigens geen controle meer op en zie je veel viervoeters al pootjebadend verkoeling zoeken. Voor Plouf ligt het anders. Het nadeel van assistentiehond zijn is dat ze veel moet leren, altijd in het gareel moet lopen en continu alert moet zijn. Het voordeel is dat ze altijd en overal mee naartoe mag (en in mijn geval: moet). Zelfs in het vliegtuig.
Plouf in haar element voor Moriaz
Dus wanneer ik ga zwemmen, mag ze mee. Op de eerste dag kwamen politie en strandwachters wat vragen stellen over haar maar sindsdien wordt er steeds een vrolijke “Bonjour, Plouf!” toegeroepen door deze mannen wanneer ze hun ronde over het strand doen.
Een beetje onwennig in het vliegtuig
De baai van Cavalière loopt van de Cap Nègre tot aan de Pointe du Layet, waar voor de liefhebbers een naturistenstrandje is. Plouf is daar één keer geweest en kreeg wel vrij snel gekscherend de vraag waarom zij haar hesje niet uitdeed.
Uitzicht op Cap Nègre
Overal in de baai bestaat het strand uit fijn zand en Plouf steelt regelmatig de show tijdens trainingen in het water. Ze is echt gehoorzaam. Wanneer ik de hand naar voren uitsteek, zwemt ze uit, de open zee tegemoet, maar nooit meer dan een paar meter van mij vandaan. Wanneer ik met de vingers knip komt ze onmiddellijk terug naar mij. Met de vingers een draaibeweging maken betekent vervolgens voor haar dat ze omdraait en weer uitzwemt. Andere badgasten negeert ze volledig.
Af en toe niet het water in
Een hondenleven bestaat in Zuid-Frankrijk voornamelijk uit zwemmen en slapen. In Cavalière kun je mooi wandelen in de heuvels maar iedere extra meter die haar van de zee scheidt vindt Plouf maar niets. Ze gaat wel netjes mee, zoekt schaduwplekken uit om te lopen maar kijkt toch vaak heel zielig om naar dat aanlokkelijke blauwe water. Er loopt een fiets/wandelpad langs de doorgaande weg waar je ook een rustige wandeling kunt maken, alhoewel sommige nietsontziende fietsers in de praktijk gevaarlijker zijn dan auto’s. Het is de gelegenheid om die prachtige huizen te aanschouwen die aan het strand staan. Een deel ervan is vergane glorie maar veel van deze paleisjes zijn meer dan benijdenswaardig. Er zijn in ieder geval voldoende wandelroutes langs zee of door de natuur dus verveling is er in Cavalière niet bij.
Wandelroute richting de heuvels
De zee biedt op haar beurt een mooie vaarroute met prachtige duikgebieden. Met name het onderwaterreservaat van het eiland Port-Cros, één van de eilanden van goud die tegenover Cavalière liggen, biedt een prachtig onderwaterleven dat je al snorkelend of duikend kunt ontdekken.
Een buddy tijdens een duik bij la Gabinière
Plouf mocht mee op de boot met duikers van Sun-Plongée en was best wat ongerust terwijl ik een uur onder water bleef, maar des te vrolijker toen ik weer aan boord kwam na magische ontmoetingen met grote tandbaarzen en scholen barracuda’s. Vooral de rotspunt La Gabinière, net achter het eiland, staat bekend als één van de 80 mooiste duikplekken ter wereld.
Na het duiken op de Jean Yann
Saai is het hier niet. Er zijn allerlei uitgaansgelegenheden in de buurt, in de avonden worden er langs het strand veel activiteiten voor kinderen georganiseerd, op maandagochtend is er een grote Provençaalse markt, op dinsdagmiddag -en avond een leuke souvenirmarkt en er zijn tal van bezigheden op het water. Het familiehotel ligt erg rustig, meteen aan zee, ‘les pieds dans l’eau’, en kent een fantastische keuken. Ook voor Plouf wordt er af en toe wat bereid, zoals rijst op die ene dag dat ze wat last had van haar maagje. En iedere keer dat ze verschijnt, wordt er door de attente medewerkers meteen een bak met water klaargezet.
Een uitzicht dat niet verveelt
Het hotel staat tegenover het kleine gemeentehuis dat een dependance is van het iets verderop gelegen Le Lavandou. Heel vroeger was dat gebouwtje het treinstation van het dorp. Tussen het einde van de 19e eeuw en 1948 liep er een spoorlijn van Toulon naar Saint-Raphaël en mensen konden pal tegenover het magnifiek gelegen hotel uitstappen. Dat werd aan het eind van de 19e eeuw gebouwd en honderd jaar geleden overgenomen door de familie Moriaz.
Het voormalige treinstation
Om bij Frankrijk en Franse tradities te blijven, Mireille Mathieu zong het al: “On ne vit pas sans se dire adieu” (je leeft niet zonder vaarwel te zeggen). Ook Claude François zong het: “Adieu, tout finit un jour” (vaarwel, alles eindigt op een dag). Dus er komt een moment dat het “Bonjour, Plouf!” verandert in “Au revoir, Plouf!”. Dan moet deze lieve golden weer naar het vliegveld van Hyères om een vlucht te nemen naar Nederland. Dat wordt even niet zwemmen die dag teneinde droog en schoon het vliegtuig in te kunnen. Of het zielig is? Ach, de volgende dag ligt ze alweer in een recreatieplas waar ze het denk ik net zo leuk vindt als hier ook al gaat ze daar niet zo lang en vaak het water in als in Cavalière. Vakantie is toch net anders. Volgend jaar mag ze weer.
Hulphond zijn biedt Plouf het voordeel dat ze vrijwel altijd en overal mee naar toe mag. Hulphond zijn heeft ook een nadeel want ze vindt beslist niet alles even leuk. Neem nou museumbezoeken.
Het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem was haar eerste museumervaring. Ze mocht wandelen, kijken en snuffelen naar hartenlust. Ze kwam ook andere honden tegen in dit museumpark met een oppervlakte van 44 hectare. Het is een mooi ontdekkingsgebied voor gezinnen en daar horen honden soms ook bij. Dus ze zijn welkom.
Nederlands Openluchtmuseum
Het Rijksmuseum in Amsterdam was toch weer anders. Ze kon maar geen gras vinden, en ook geen andere honden. Tijdens de rondgang door het statige gebouw moest ze braaf zijn, netjes lopen en zich niet af laten leiden door al die buitenlandse toeristen die haar wilden fotograferen. Een enkeling waagde het om haar, ondanks haar dekje, toch een aai te geven. Daar reageerde ze dan niet op. Het werd wel snel duidelijk dat schilderijen haar niet zo interesseren, zelfs de afgebeelde honden niet, waaronder die hele bekende die op de Nachtwacht van Rembrandt prijkt. Toen ze moe werd van het dagje Amsterdam mocht ze een dutje doen van 10 minuten alvorens vrolijk op te staan en weer kwispelend verder te lopen. Poseren voor bekende kunstwerken vond ze trouwens wel heel leuk. Mooi zitten doet ze maar al te graag als er voldoende aandacht tegenover staat.
Rijksmuseum
Op een andere dag viel het Van Gogh museum in de hoofdstad haar ten deel. De glazen lift vond ze prachtig. Ze kon vliegen en naar buiten kijken tegelijk. Gewoonlijk vindt ze spiegels in liften al fascinerend maar dit was helemaal het toppunt voor haar. Dit vond ze ook het leukst aan dit museum trouwens. Het was erg druk in de zalen en de aanwezigheid van al die mensen kostte haar veel aandacht. Bij iedere gelegenheid die zich maar aandiende plofte ze neer om demonstratief en verveeld te gaan snurken. Een echte cultuurhond gaat ze niet worden.
Verveeld in het Van Gogh museum
Museum het Valkhof in Nijmegen was het eerste museum waar ze echt tekeer ging. Terwijl ze de trap opliep begon één van de grote kunstballen die daar lagen opeens te draaien. Een menselijke bezoeker vindt dat leuk of interessant. Zij vond het vreemd en haar geblaf galmde weldra door het halve gebouw. Ze vermande zich echter en keek wel nog een paar keer wantrouwend om terwijl ze zich naar de zalen over de Romeinse tijd liet leiden. Bij terugkeer keek ze slechts noch met een schuin oog en enige argwaan naar de inmiddels roerloze bal. Dezelfde middag was museum de Bastei aan de beurt, een paar honderd meter verderop. Het museum is niet overal erg makkelijk begaanbaar voor een hond, maar Plouf zag dat meer als spel dan als hindernis. Bij de tentoonstelling met opgezette dieren uit de regio hield ze zich heel koest. Ze gluurde naar die bever, die otter en die vogels. Aangelijnd en met haar dekje wist ze dat ze aan het werk was dus schonk ze er geen aandacht aan.
Poseren in het Valkhof
Ondertussen begin ik te begrijpen wat Plouf wel en niet leuk vindt aan een museum. Ze houdt van musea die ruim van opzet zijn zodat ze een goed overzicht heeft. Mensen zien vindt ze fijn, als het er maar niet te veel zijn. Ze heeft een hekel aan gladde vloeren en ze wil af en toe even uit kunnen rusten en wat te drinken krijgen. Trappen vermijden we om haar gewrichten te ontlasten dus als er een lift is nemen we die. Bij voorkeur een glazen lift. Daarnaast is één museum per dag wel genoeg voor haar.
Plouf op de boekcover
Het laatste museum dat ze onlangs bezocht was het paleis op de Dam. Daar moest ze echt een keer heen. In mijn eind vorig jaar verschenen roman ‘Maxime I’ dat zich afspeelt aan het begin van de 18e eeuw, loopt Plouf ook over de vloeren van de Burgerzaal van het paleis. Ze staat zelfs op de cover van het boek. Fictie en werkelijkheid moesten dus eens samenkomen. Er werd door een medewerker een lift aangeboden naar de verdieping maar om de een of andere reden wilde Plouf via de brede trap naar boven. Zoveel klimmen is het immers niet. Ze heeft een hele tijd in de Burgerzaal gezeten, rustig kijkend naar de ruimte en naar de mensen. Het leek even of ze zich herinnerde hoe het daar 300 jaar geleden was. Het voormalige stadhuis van Amsterdam is blijkbaar groots en betoverend voor zowel mensen als honden.
Paleis op de Dam
Met een baasje die cultuur, geschiedenis en musea leuk vindt heeft Plouf nog wat musea te gaan. Daar kunnen nog flink wat blogs over geschreven worden. De stelregel daarbij is wel dat het voor allebei leuk moet zijn. Een hulphond is geen voorwerp dat je overal mee naar toe sleept. Het is een buddy, een maatje, een lieve hond die ook recht heeft op plezier, geluk en op onbezorgd hond zijn. Iedere keer mee mogen is voor haar al heel wat waard maar daarnaast krijgt ze voor en na het museum altijd de kans om uitgebreid te spelen. Zo wordt vermaak afgewisseld met focus en werken, en hebben we allebei wat we willen. Rekening houden met elkaar is dus de stelregel, zoals iedere hond het verdient.